Verspreiding microplastics in Wadden in kaart
Een deel van dit onderzoek is inmiddels gestart. Het gaat om het kort na het incident in kaart brengen van de verontreiniging van water, zeebodem, strand, bodemdieren, vissen, vogels en zeezoogdieren met microplastics door onder andere NIOZ en WMR.
Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan het advies van de Waddenacademie waarbij ook de input van het Regiecollege Wadden op het conceptadvies wordt verwerkt. Het onderzoek richt zich in eerste instantie op de mogelijke effecten van microplastics (van 100 nm tot 5 mm groot), bestaande uit plastic korrels (0,5 mm) en plastic pellets (4 tot 5 mm).
Het is de verwachting dat deze fracties een belangrijk aandeel vormen van de verontreinigingen uit de verloren containers en moeilijker op te ruimen zijn dan groot afval. Deze kleine partikels blijven in het ecosysteem en kunnen bijvoorbeeld door verschillende organismen gegeten worden. Dit kan schadelijke effecten hebben. Wanneer hiertoe aanleiding is, zal besproken worden of ook andere verontreinigingen in het onderzoek en de monitoring meegenomen dienen te worden.
Onderzoeksprogramma
De zee was echter niet schoon voordat de MSC Zoe haar containers verloor. Dat betekent dat bij bestudering van mogelijke effecten er rekening gehouden moet worden met de achtergrondwaarden van eerdere verontreinigingen en hun effecten. Het kan een uitdaging worden om de effecten van overboord geslagen containers van MSC Zoe helder te krijgen en om een prioritering in de veelheid aan onderzoeksvragen aan te brengen.
Dit onderzoeksprogramma sluit zoveel mogelijk aan op de onderzoeken die het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft geïnitieerd en op de lopende nationale en trilaterale onderzoeks- en meetprogramma’s.
Opruimen is en blijft belangrijk
Alle plastics breken af in kleinere deeltjes. Dit kan het ecologisch effect nog versterken doordat er meer microplastics in het water en op de bodem aanwezig zijn. Opruimen is en blijft daarom cruciaal.