Researchers: gas extraction Ameland has ecological impact
Read the full text of this article in Dutch below
Onderzoekers: gaswinning Ameland heeft ecologische impact
De gaswinning onder Ameland heeft ecologische impact. Dat concluderen onderzoekers Martijn van de Pol (James Cook University) en Allert Bijleveld (NIOZ) samen met enkele collega’s in een artikel in het tijdschrift voor natuurbeheer De Levende Natuur. Zij voegden hiervoor de resultaten van meerdere onderzoeken naar de gaswinning in de Waddenzee samen. Bovendien is de signaleringsfunctie van het huidige monitoringprogramma volgens het ‘hand-aan-de-kraan’-principe te beperkt, zo concluderen de onderzoekers.
De Amelandse gaswinning vindt plaats onder de kwelder en het wad en wordt sinds de jaren tachtig gemonitord. Als er aanwijzingen zijn voor significante effecten op de natuur moet de overheid optreden door de gaswinning te minderen of zelfs te stoppen. Dit is het zogeheten ‘hand-aan-de-kraan’-principe.
Nesten overstromen vaker
Voor het artikel verzamelden de auteurs meerdere onderzoeken naar de gevolgen van de gaswinning in dit gebied, om een totaalbeeld te verkrijgen. Uit een van de onderzoeken blijkt bijvoorbeeld dat de overstromingskansen van de nesten van diverse broedvogels op de kwelders flink zijn toegenomen door de bodemdaling. Nesten van kleine mantelmeeuwen overstromen door gaswinning bijvoorbeeld 8 keer vaker dan zonder gaswinning. Ook op het wad zijn er afwijkingen gevonden. Het wad is modderiger, het zand wordt fijner en de samenstelling van bodemdieren verandert. Zo nemen de dieper levende soorten, zoals zandzagers, toe en de ondieper levende wadslakjes en slijkgarnaaltjes af. Het is op zijn minst opvallend dat de steltlopersoorten die deze diertjes eten, zoals de rosse grutto en tureluur, uitgerekend in het gaswinningsgebied afnemen.
Bij twijfel niet doen
“Door de grote natuurlijke dynamiek van het waddensysteem enerzijds en de vele andere menselijke invloeden – van klimaatopwarming tot baggeren – anderzijds is het uiterst lastig om effecten van gaswinning aan te tonen”, zegt Bijleveld. Het monitoringsprogramma van de overheid kan dus voornamelijk grote effecten aantonen en vervult daarmee slechts een beperkte signaleringsfunctie: wanneer een effect eenmaal duidelijk aangetoond wordt, is de kans groot dat er al behoorlijke natuurschade is. Dit betekent ook dat het níet detecteren van effecten van gaswinning via die monitoring, niet per se betekent dat er ook echt geen ecologische effecten zijn. “Als er alleen al ‘mogelijke effecten’ gevonden worden, moeten die extra serieus genomen worden. En de onderzoeken die wij hebben verzameld, wijzen inderdaad die kant op.
Bovendien geldt het voorzorgsprincipe: bij twijfel niet doen. In ieder geval tot aangetoond is dat de effecten niet door de gaswinning komen”, aldus Bijleveld.
Relevant voor nieuwe gaswinningslocaties
Het is niet zo dat zodra de gaswinning stopt, ook direct de bodemdaling en natuurschade stoppen, die processen gaan veel langzamer. Zelfs als de overheid via het hand-aan-de-kraan’-principe de gaskraan dichtdraait, zullen de mogelijke gevolgen van de gaswinning nog geruime tijd doorwerken, stellen de auteurs. Het artikel is daarom niet alleen relevant voor de gaswinning bij Ameland-Oost. Ook besluiten over vergunningen voor nieuwe gaswinning, zoals bij Ternaard, zouden met deze informatie rekening moeten houden. “Het is belangrijk om alle feiten helder te hebben, zodat bepaald kan worden of aan de wettelijke voorwaarden wordt voldaan van gaswinning in de Waddenzee”, aldus Bijleveld.
Het artikel verschijnt in de eerste editie van De Levende Natuur in 2025, en is nu al hier te downloaden.