Nieuw inzicht in de dominante rol van planten bij landschapsvorming in kustgebieden
De onderzoekers keken naar het kolonisatiegedrag van de vegetatie in kustgebieden, met name bij pioniersoorten, en concludeerden dat het tempo waarin pioniersoorten zich vestigen een grote rol speelt in de landschapsvorming. Dat is niet alleen interessant vanuit een puur wetenschappelijk oogpunt. UU onderzoeksleider Christian Schwarz vertelt: "Klimaatverandering leidt tot verandering in plantengroei, en met deze kennis weten we dat dit leidt tot een ander soort kustvorming. In het Middellandse Zeegebied zie je nu al een verschuiving in de kustvegetatie. Wanneer je begrijpt hoe organismen en hun omgeving op elkaar inwerken, dan snap je ook beter hoe onze huidige kusten er nu uit zien, en hoe ze zich onder toekomstige klimaatverandering gaan ontwikkelen."
Modelleren en experimenteel onderzoek
Kustbeheer- en –bescherming zijn, met andere woorden, enorm gebaat bij een goed begrip van de rol die planten spelen in de verandering van het landschap. "De combinatie van modelleren en experimenteel onderzoek is daarvoor belangrijk, iets waar het consortium UU, NIOZ en de Universiteit van Antwerpen goed in is", aldus Tjeerd Bouma van het NIOZ.
Snelle en langzame pioniers
De veranderende processen hoeven niet altijd negatief te zijn, benadrukt Schwarz. Het gaat hem er ook om een bijdrage te leveren aan een beter begrip van landschapsveranderingen aan de kust, en de rol die het kolonisatiegedrag daarin speelt. "Het kolonisatiegedrag van pioniers loopt namelijk sterk uiteen. We maken onderscheid tussen trage en snelle kolonisatoren. Bij snelle kolonisatoren zie je een gelijkmatige groeipatroon, terwijl bij de trage kolonisatoren de bodem veel onregelmatiger bedekt wordt. In het eerste geval leidt dat tot het vastleggen van de bestaande landschapsvormen. Trage kolonisatoren daarentegen bevorderen het ontstaan van allerlei nieuwe vormen en patronen in het landschap. Je ziet dan bijvoorbeeld meer en diepere geulen dan daar waar de pioniersvegetatie bestaat uit snelle kolonisatoren. En geulen zijn van grote invloed, ondermeer op de mate waarin een kustgebied zich kan handhaven bij zeespiegelstijging."
Uit ander onderzoek was al bekend dat je bij snellere kolonisatoren een grotere kans hebt op verlies van een kustsysteem. "We wisten ook al dat vorm en omvang van geulen invloed hebben op de aanvoer van sediment en voedingsstoffen, en zo op het vermogen van kustmoerassen om mee te groeien met de zeespiegelstijging. Uit ons onderzoek blijkt nu dat snelle en langzame kolonisatoren ieder hun eigen rol spelen in de vorming van geulen. En uiteindelijk dus een belangrijke bijdrage leveren aan de vorming van al dan niet klimaatbestendige kustlandschappen."
Wereldwijd toepasbaar
Voor hun studie maakten de onderzoekers gebruik van modellen. Die toetsten ze vervolgens aan de bestaande situatie in twee schor- of kweldergebieden in de Westerschelde: de Hooge Platen en de Plaat van Walsoorden. Daarbij gebruikten ze remote sensing-technieken, zoals luchtfoto’s. De modellen zijn wereldwijd toepasbaar.
In het eerste gebied domineert de kortarige zeekraal (Salicornea europaea), een snelle kolonisator, in het tweede het Engels slijkgras (Spartina anglica), een trage kolonisator. Beide gebieden vertonen sterke overeenkomsten in getijdenwerking en bodemgesteldheid, maar de vormen in het landschap lopen sterk uiteen. Het blijkt dus dat het kolonisatiegedrag van de pioniersoorten hierin een cruciale rol speelt. Vergelijkbare verschillen hebben de onderzoekers ook elders in de wereld aangetoond.
Bouwen met de natuur
Het onderzoek van Schwarz en zijn collega's sluit aan bij het bredere wetenschappelijke debat over de relatie tussen landschapsvorming en plantengroei. De praktische toepassing is gelegen binnen het concept van 'Bouwen met de Natuur'. Daarbij helpt de natuur een handje bij het tegengaan van de negatieve gevolgen van klimaatverandering. 'Bouwen met de Natuur' vindt ook zijn toepassing in talrijke menselijke ingrepen in de kustomgeving. Een bekend voorbeeld is de zandmotor voor de kust van Zuid-Holland. Zeker met het oog op een stijgende zeespiegel is het zaak om meer duurzame, natuurgerichte oplossingen te vinden voor het kustbeheer. Onontbeerlijk daarbij is dus een goed begrip van de rol die planten spelen in veranderingen van het kustlandschap.
De studie naar de interactie tussen kolonisatiegedrag en landschapsvorming is op 16 juli gepubliceerd op de website van Nature Geoscience: 'Self-organization of a biogeomorphic landscape controlled by plant life-history traits', Christian Schwarz, Olivier Gourgue, Jim van Belzen, Zhenchang Zhu, Tjeerd J. Bouma, Johan van de Koppel, Gerben Ruessink, Nicolas Claude & Stijn Temmerman.
NWO Project BE SAFE - Werken met begroeide voorlanden tegen overstromingsrisico’s
Extreme weersomstandigheden resulteren in steeds meer wateroverlast voor inwoners van kustgebieden, wat op het moment zichtbaar is in het zuiden van de Verenigde Staten. In het onderzoeksproject BE SAFE, uitgevoerd door onderzoekers aan de Universiteit Twente, TU Delft en het mariene onderzoeksinstituut NIOZ, wordt momenteel onderzoek gedaan naar meer natuurlijke manieren van kustbescherming in combinatie met conventionele dijken. Begroeide gebieden zoals kwelders en moerassen, kunnen in potentie een buffer vormen voor de dijk en ervoor zorgen dat golven gedempt worden voordat de dijk en het achterland bereikt is.