Subsidy 1: Calculating the environmental impact of future wind farms

Dr.ir. Johan van der Molen from the Department of Coastal Systems will use the NWO award to further develop existing mathematical models of how humans influence the sea. This is important, because there are plans for more and larger wind farms in the North Sea while little is known about the effect of wind turbines on water plants and marine life. Using mathematical models, Van der Molen can look into the future and predict the best way to plan wind farms sustainably. The research funded by this NWO grant is in line with existing research in the Offshore Wind Ecological Programme (Wozep).

Johan van der Molen will collaborate with the consortium partners: Deltares/Delft University of Technology, Wageningen University and Research (WUR), Neptune Energy Netherlands b.v., Royal Belgian Institute of Natural Sciences (RBINS)

Subsidy 2: Influence of future wind farms on underwater sand waves

Wind farms are often planned in areas in the North Sea with underwater sand waves: sand that lies, as it were, in waves at the bottom of the sea. Prof. Dr. Karline Soetaert of the Department of Estuarine and Delta Systems will use field work and mathematical models to investigate the effect of wind turbines on these sand waves, and how this impacts the sediment and marine life in the seabed below. Soetaert expects an ecological disbalance in and around the sand waves caused by the offshore wind farms. Therefore, it is important to advise policymakers how wind farms can best be placed with the least possible ecological impact.

Karline Soetaert will collaborate with the consortium partners: University of Twente, Rijkswaterstaat, Boskalis, Stichting de Noordzee, Royal Belgian Institute of Natural Sciences (RBINS) - SUMO Suspended Matter and Seabed Monitoring and Modelling team and MARECO Marine Ecology and Management team (Belgium).

Subsidy 3: Biodegradable shell material for sustainable mussel seed fishery

With a grant of the NWO program Research towards Sustainable Fisheries - Short Innovation Projects (RSF-SHIP), Prof. Dr. Tjeerd Bouma will investigate whether a novel biodegradable substrate of shell material can make the mussel seed-fishing more sustainable. To reduce the impact of mussel fishing on the underwater nature, Dutch mussel farmers have switched from fishing on mussel beds to collecting mussel seed. However, mussel farmers use nylon and coated lead for the collection of mussel seed. The use of these materials is expensive and potentially pollutes the environment. The aims of a new, sustainable mussel net are to reduce the costs for mussel farmers, increase their yields and at the same time reduce the environmental impact.

Tjeerd Bouma will work together with NIOZ colleagues Johan van de Koppel and Rob Witbaard, colleague researcher Jacob Capelle from Wageningen Marine Research (WMR) and several consortium partners from the business sector: Bakker Machine-factory, Steketee-Philipse BV, Producers Organiszation of Dutch Mussel culture, Mosselkweek Steketee-Bom BV, De Rooij Mosselkweek BV.

Subsidy 4: Mathematical model for environmentally friendly fishing gear

With the approved Research towards Sustainable Fisheries - Short Innovation Projects (RSF-SHIP) grant Prof. Dr. Karline Soetaert can design an online tool to predict the ecological impact of new fishing gear. Based on an existing mathematical model, Soetaert will develop an online "Bottom Fishing Impact Assessment Tool" (BFIAT) to assess the benthic ecosystem impact of bottom fishing gear. The tool will allow fishing gear developers to calculate and help minimize environmental disturbances. This will facilitate innovation in the fishing industry towards environmentally friendly fishing techniques.

Karline Soetaert will collaborate with sector organisations: Dutch Fishermen’s Association, VisNed and Visserij-innovatiecentrum (Fisheries innovation centre).

Vier NWO-subsidies geven impuls aan NIOZ Noordzee- en visserijonderzoek

De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) heeft aan NIOZ-onderzoekers Johan van der Molen en Karline Soetaert subsidies toegekend voor onderzoek naar de effecten van toekomstige windmolenparken op het zeeleven, sediment en zandgolven in de Noordzee. De honoreringen zijn onderdeel van het themaprogramma Ecologie en Noordzee binnen de Nationale Wetenschapsagenda (NWA). Ook heeft NWO twee NIOZ-onderzoeksprojecten gehonoreerd aan Karline Soetaert en Tjeerd Bouma gericht op innovatie en verduurzaming van de visserij.

Subsidie 1: Rekenen aan milieueffecten toekomstige windmolenparken

Dr.ir. Johan van der Molen van de afdeling Kustsystemen kan met de NWO-toekenning bestaande rekenmodellen over de invloed van de mens op zee verder ontwikkelen. Belangrijk, want er zijn plannen voor meer en grotere windmolenparken in de Noordzee zonder dat we goed weten hoe windturbines waterplanten en zeeleven beïnvloeden. Met wiskundige modellen kan Van der Molen vooruitkijken en voorspellen wat de beste manier is om windparken duurzaam te plannen. Het door deze NWO-subsidie gefinancierde onderzoek sluit aan op bestaand onderzoek in het Wind op zee ecologisch programma (Wozep).

Johan van der Molen gaat samenwerken met de consortiumpartners: Deltares/Delft University of Technology, Wageningen University and Research (WUR), Neptune Energy Netherlands b.v., Royal Belgian Institute of Natural Sciences (RBINS)

Subsidie 2: Invloed van toekomstige windparken op onderwaterzandgolven

Windmolenparken worden vaak gepland in gebieden die het beste omschreven worden als onderwaterzandgolven, zand dat als het ware in golven op de bodem van de zee ligt. Met veld- en modelleerwerk gaat prof. dr. Karline Soetaert van de afdeling Estuarine en Deltasystemen kijken wat het effect is van het plaatsen van windturbines op die zandgolven en het sediment en zeeleven in de zeebodem daaronder. Soetaert verwacht dat het ecologisch evenwicht in en rond de zandgolven verstoord wordt door de toekomstige windparken. Daarom vindt ze het belangrijk om beleidsmakers gericht te adviseren hoe windmolenparken het best geplaatst kunnen worden met een zo klein mogelijke ecologische impact.

Karline Soetaert gaat samenwerken met de consortiumpartners: University of Twente, Rijkswaterstaat, Boskalis, Stichting de Noordzee, Royal Belgian Institute of Natural Sciences (RBINS) – SUMO Suspended Matter and Seabed Monitoring and Modelling team en MARECO Marine Ecology and Management team (België)

Subsidie 3: Biologisch afbreekbaar schelpmateriaal voor verduurzamen mosselzaadvisserij

Met een subsidietoekenning in het NWO-programma Onderzoek Duurzame Visserij – Korte Onderzoekstrajecten (ODV-KOT) gaat prof. dr. Tjeerd Bouma kijken of een biologisch afbreekbaar schelpmateriaal de mosselzaadvisserij kan verduurzamen. Om de impact van mosselvisserij op de onderwaternatuur te verminderen, zijn Nederlandse mosselkwekers overgestapt van visserij op mosselbanken naar het kweken van mosselzaad. Echter, voor het inzamelen van mosselzaad gebruiken mosselkwekers noodzakelijke kunststofmaterialen van nylon en gecoat lood. Het gebruik van deze materialen is duur en mogelijk milieuvervuilend. Het doel van een nieuw, duurzaam mosselvistuig is de kosten voor mosselkwekers te verlagen, hun opbrengst te verhogen en tegelijkertijd de milieu-impact te verkleinen.

Tjeerd Bouma gaat samenwerken met NIOZ-collega’s Johan van de Koppel en Rob Witbaard, met collega-onderzoeker Jacob Capelle van Wageningen Marine Research (WMR) en diverse consortiumpartners uit het bedrijfsleven: Bakker Machine-factory, Steketee-Philipse BV, Producers Organiszation of Dutch Mussel culture, Mosselkweek Steketee-Bom BV, De Rooij Mosselkweek BV.

Subsidie 4: Wiskundig model voor milieuvriendelijke vistuigen

Prof. dr. Karline Soetaert kan met een gehonoreerde aanvraag in het NWO-programma Onderzoek Duurzame Visserij – Korte Onderzoekstrajecten (ODV-KOT) een onlinetool ontwikkelen om te voorspellen wat de ecologische impact is van een nieuw vistuig. Op basis van een bestaand wiskundig model gaat Soetaert een “Bottom Fishing Impact Assessment Tool" (BFIAT) ontwerpen. Met de tool stelt ze ontwikkelaars van vistuigen in staat te rekenen aan de verstoringen van vistuigen op het milieu en die te helpen minimaliseren. Het nieuwe wiskundige model vergemakkelijkt op die manier de innovatie van milieuvriendelijke vistechnieken.

Karline Soetaert gaat samenwerken met brancheorganisaties: Nederlandse Vissersbond, VisNed en Visserij-innovatiecentrum.